donderdag 5 april 2012

Nieuw gezicht van de wetenschap

Vorige week ontstond er opschudding binnen de KNAW, het anders zo deftige, en volgens sommigen zelfs stoffige genootschap dat de Nederlandse wetenschap representeert. De geesteswetenschappers zijn boos dat er na Robbert Dijkgraaf opnieuw een bèta, de Utrechtse stamcelbioloog Hans Clevers, president  van de KNAW wordt. Er is echter een ander probleem met Clevers. Lees verder...

Recensie op bol.com

Jan Willem de Zeeuw, werkzaam aan het Alleato Centrum voor sociale vraagstukken, publiceerde op bol.com de volgende recensie van Over de grenzen van disciplines:

Abma gaat in dit boek in op de plaats van de sociale wetenschappen, tussen natuur en geesteswetenschappen. Een makkelijk leesbaar boek, dat een goed overzicht geeft van stromingen in de wetenschap. Kernvragen zijn hoe de sociale wetenschappen zich verhouden tot de culturen van alfa en bèta, tot de maatschappij en wat is de stand van zaken met betrekking tot de integratie van mens- en maatschappijwetenschappen, de micro-macrolink? Zijn pleidooi is om de intellectuele functie van de sociale wetenschappen te versterken. De universiteit is een plaats waar de kruising van verschillende soorten kennis kan en moet plaatsvinden. Een driedubbele opdracht: (1) wetenschappelijke deskundigheid waarborgen en ontwikkelen (2) de wetenschapsbeoefening zelf kritisch onderzoeken en wijsgering integreren en (3) de resultaten confronteren met hun maatschappelijke implicaties en consequenties. Interessant ook de belofte van complexiteitstheorieën voor de toekomst van de sociale wetenschappen.
Pluspunten: Overzichtelijk, Heldere boodschap
Minpunten: te voorzichtig in stellingname
 
Desgevraagd verklaarde de recensent over het genoemde 'minpunt': 'Bij nader inzien is mijn woordkeus niet helemaal juist. Voorzichtig moet je lezen als: genuanceerd. Je besluit het boek, dat ik met veel plezier gelezen heb, met vragen. In mijn eigen samenvatting kom ik bijvoorbeeld dit tegen:  Abma vraagt zich vervolgens af of we toch niet de voorkeur moeten geven aan de phronèsis, de praktische wijsheid van Bent Flyvbjerg? 
Niettemin was het voor mij een informatief boek.'
Ik antwoordde daarop:
Ja, je zou kunnen denken dat dat een retorische vraag is. Het is echter eerder 'dialectisch' bedoeld: sterke punten bij Flyvbjerg zijn zwakke punten bij Sawyer en omgekeerd. Welke benadering de voorkeur verdient hangt voor individuele onderzoekers af van wat ze willen verklaren (iets theoretisch of iets praktisch) maar voor de sociale wetenschappen als geheel is het pleit minder gemakkelijk te beslechten. Vandaar de voorzichtige (of genuanceerde) formulering.