maandag 28 november 2011

Sociale wetenschap en de burger


Waarom gaf de fraude van Diederik Stapel meer openbare beroering dan die van de Rotterdamse vasculair geneeskundige Don Poldermans? Je zou het omgekeerde verwachten, omdat bij Poldermans de belangen of zelfs de gezondheid van patiënten zouden kunnen zijn geschaad. Dat risico was in het geval van Stapel afwezig. Het lijkt alsof de sociale wetenschappen een dankbaarder object van publieke bespotting en vernedering zijn dan andere vakgebieden. Wijlen Jan Blokker heeft in dit opzicht vele nazaten.

Hoe moeten we dit duiden? Antwoord: als het paradoxale gevolg van het eerdere succes van de sociale wetenschappen. Onze maatschappij is doortrokken van concepten, instrumenten en technieken die ontleend zijn aan de sociale wetenschappen, de psychologische test bijvoorbeeld. Wanneer we wetenschap opvatten als een cultuurproduct, dan zijn veel ideeën en praktijken uit de sociale wetenschappen te zien als een zinkend cultuurgoed (dat zelf van oorsprong weer een sociologisch begrip is). Burgers zijn dat allemaal zo gewoon gaan vinden dat ze zichzelf als de evenknieën van sociale wetenschappers beschouwen.

Tezelfdertijd is er een verwijdering ten opzichte van datzelfde publiek opgetreden. Hedendaagse sociaalwetenschappelijke proefschriften zijn vergeleken met die van dertig jaar geleden wonderen van methodische en statistische finesse. Vaak zijn ze echter zodanig specialistisch dat zelfs academici uit belendende vakgebieden ze niet goed kunnen begrijpen, laat staan de gemiddelde leek – terwijl ze toch gaan over kwesties die ons allemaal aangaan en bezighouden. Die leek vraagt zich dan al snel af: wat is nu de relevantie van deze sociaalwetenschappelijke hoogstandjes? Soundbites in de media lossen het probleem niet echt op, en sinds de hufterige vleeseters van Roos Vonk staan vlot gebrachte ‘weetjes’ in een kwaad daglicht.

Uiteindelijk zit het probleem hierin: sociale wetenschappers interpreteren het gedrag van hun eigen soortgenoten, en die bieden tegenspel. Mensen zijn erg goed in het toeschrijven van oorzaken aan gedrag van zichzelf en hun medemensen. Daarmee slaan ze zich door het leven. Zelfs als ze er af en toe naast zitten bekennen ze niet gauw ongelijk, en ze laten zich zeker niet graag door sociale wetenschappers de les lezen. In het licht van dit alles zouden sociale wetenschappers er goed aan doen de maatschappelijke relevantie van hun onderzoekingen en het dwingende karakter van hun bevindingen te vergroten: making social science matter. Hoe? Door naast specialisatie ook integratie van kennis te bevorderen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten